"Schat, kom kijken! Een hamerhaai!" "Nu even niet, liefje, ik zit net in een meeting met Debbie van sales." Maak het maar mee. Zit je ergens op een luxe-cruise te wachten tot corona uitbreekt op het schip, moet je partner plots naar de laptop om de targets van die maand te bespreken met de regiomanager. Of je hakt je met een machete een weg door de jungle van Brazilië wanneer je baas belt om te vragen of je hem snel even de evaluaties van de containerschoonmakers door wilt mailen. Je zal maar op een concert van Metallica staan met een laptop vol ontwerpen voor elektrische poorten in je handen. Er moest maar eens iemand een poort willen kopen. "Ah ja, Johnny, wij zijn ook een metal-bedrijf, hahahaha." Er is geen idee zo vreselijk of één of ander marketingbrein wil het verkopen. Een van de nieuwste jeukwoorden is "workcation". Mijn maag draaide zich om toen ik het voor het eerst las. "Workcation". Vrijaf maar niet echt. Spotverlof. Je bent op vakantie maar je mag wel lekker werken want werken is fantastisch, niet alleen voor jezelf maar ook voor je gezin en zeker voor je kinderen die al een jaar naar die vakantie hebben uitgekeken. Er is natuurlijk niets leukers dan mama die aan de telefoon de prijs van deurklinken staat te onderhandelen tijdens het bouwen van een zandkasteel. Zo'n brutale afwijzing van affectie: daar hunkeren die schatjes al hun heel leven naar. "Tiens, hoe zou het toch komen dat zoveel van onze medewerkers een burn-out krijgen?" Dat vragen veel bedrijfsleiders en managers zich af tegenwoordig, echt waar. Ze begrijpen het niet. "Misschien komt dat omdat ze te weinig werk mee krijgen tijdens hun verlof." Dat braakt die marketingrat uit en omdat diens stem klinkt als vrolijk dwarrelende eurobiljetten, krijgt de marketingrat gelijk en krijgt Miranda de opdracht om potentiële klanten te gaan zoeken op het strand van Benidorm. Hoera, de economie draait weer. Champagne! Wat Miranda daarvan vindt, interesseert niemand want "Miranda is toch een fijngevoelig trutje, zulle." Ik krijg tegenwoordig steeds vaker de builenpest als ik dit soort termen tegenkom, en al helemaal toen ik de loze excuses voor zo'n workcation hoorde. "Ja, maar het werk stapelt zich op." "Ja, maar niemand anders weet hoe het moet." "Ja, maar die klant is echt kwaad." Bangelijk, kwade klanten aan de telefoon tijdens het skiën. Het kan toch simpeler? Als het werk zich opstapelt, moet je meer mensen aannemen. Als niemand weet hoe het moet, moet je je opleidingsploeg aan het werk zetten. Als klanten kwaad zijn, is wat je verkoopt slecht. Daar kunnen Johnny en Miranda niets aan veranderen dus laat hen godverdomme met rust. Ik weet het. Ik spuw heel vaak mijn gal over de bedrijfswereld en vooral over mensen op marketingafdelingen. Maar ik zie ook dagelijks mensen uitvallen met burn-outs. Ik hoor verhalen van vrienden die 's morgens gewoon niet kunnen opstaan en wanneer ze dat toch kunnen, is het omdat ze moeten overgeven. Ze trillen bij elke gedachte aan het werk en ze staan stijf van de stress. Er zijn al mensen uit ramen gesprongen en onder treinen, en er zijn mensen die hun gezin hebben uitgemoord omdat ze het allemaal niet meer zien zitten. Niet in China, niet in Noord Korea. Hier, in ons eigen Vlaanderen. HELP. DIE. MENSEN. Stuur ze niet op workcation. Verplicht hen niet om een half uur per maand geleid te mediteren. Stop met debiele ontspanningsactiviteiten waar niemand maar dan ook niemand aan wil meedoen. Luister naar hen. Verlicht de arbeidslast. Geef ze een deftig loon en echt verlof. Toon respect. Zeg eens "dat heb je goed gedaan." Meer hebben uw werknemers echt niet nodig en moeilijk is het niet. Tenzij u een eersteklas lul bent, natuurlijk, dan zal u altijd een eersteklas lul blijven en zullen andere eersteklas lullen de buit beginnen verdelen van zodra u uw laatste adem hebt uitgeblazen. Want dan denken zij precies hetzelfde over u als u over uw werknemers. Champagne! Weet je wie er zo stilaan mijn rug op kan? Meghan Markle en bij uitbreiding heel dat omhoog gevallen circus, geleid door die bejaarde taart met haar peperdure kroon. Je kunt vandaag geen krant meer opendoen zonder over dat bewuste interview met Oprah te lezen. Het Engelse koningshuis dit, het Engelse koningshuis dat. Nu is het weer racistisch en gemeen, morgen zal het wel weer iets anders zijn. Wereldvreemd en zelfzuchtig bijvoorbeeld, of dom en irritant, of infantiel en overbodig. Is elk koningshuis tegenwoordig niet zo'n beetje infantiel en overbodig? Meg en Harry zijn met veel bravoure vertrokken en kotsen nu nog een beetje gal over de Queen en haar gevolg. Allemaal een kwestie van in de kijker te blijven lopen natuurlijk, anders waren ze het wel afgebold zonder een woord te zeggen. Dat kan, dat heb ik al op verschillende jobs gedaan. "Salut en de kost," en dan kop dicht en verder, al dan niet met wederzijds respect. Maar dat kunnen Meg & Harry niet want die interviews brengen een pak geld op, uiteraard. Of dacht u dat die dat voor de lol doen? Misschien, maar dat zou nog achterlijker zijn. "Een bom onder het koningshuis." "Een vernietigend interview." Zo werd het genoemd. Weet je wat vernietigend is? Een homo die door drie minderjarigen dood geklopt wordt, dat is vernietigend. Een jonge vrouw die wordt verkracht, dat is vernietigend. Daders die niet gestraft worden, dat is vernietigend. Niet die ene trien die jankt dat ze te weinig bescherming krijgt. Meg, voor mij ben je even belangrijk als aambeien. Die komen ook ongevraagd, die zijn ook irritant en die hebben ook geen enkel nut. Hoewel, aambeien zijn een teken van slechte konthygiëne. Dat kunnen we van u nog niet eens zeggen, Meggie. Ik vraag me soms af waarom ik me zo kwaad maak op dat soort figuren maar eigenlijk weet ik het antwoord al. Dat Engelse kreng is al sinds 1625 of zo aan de macht en geldt als hét icoon voor de moderne machthebber. Wel, dat ze dan maar samen met al haar collega's in binnen- en buitenland instort en dat de macht maar eens overgeheveld wordt naar de mensen die wel weten waar de grote problemen zitten. Al die miljarden die verstopt zitten in dat koningshuis, kunnen we daar eens niets nuttigs mee doen? "Ja," zegt Meg dan, "geef maar aan mij want ik heb het oh zo zwaar gehad sinds mijn 32 miljoen kostende huwelijk met den Harry". De trut. Maar Meghan is natuurlijk ook alleen maar een symptoom van deze aan kapitalisme stervende wereld. Ze hoort thuis in dezelfde met goud en diamanten afgewerkte wieg als Donald Trump, Vladimir Putin of de Chinese Winnie The Pooh. Macht, geld, roem en een hele hoop verborgen agenda's. Dat is de kanker waar deze wereld aan lijdt en daar staan we met z'n allen machteloos tegenover, toch? Of kunnen we het tij nog keren? Kunnen we écht belangrijke mensen in de kijker plaatsen? Verpleegkundigen, leerkrachten, vuilnisophalers, rekkenvullers, schoonmaakpersoneel. Dàt soort mensen houdt onze samenleving recht, niet de speknekken in paleizen en knoerten van villa's. Die doen geen kloten. Letterlijk. Ja, goed. Ze doen wel eens aan liefdadigheid maar alleen als het gefilmd en beschreven wordt in de pers, anders is het voor hen de moeite niet waard. Dat soort sujetten wil vereerd worden en complimenten krijgen over alle prachtige dingen die ze voor de mensheid doen want voor de rest doen ze... Juist, niks, noppes, nada. En daar horen wij eerbied voor te hebben? Mijn kloten ja. Ik heb respect voor dat meisje aan de kassa van de Zeeman, voor de buschauffeur die elke dag weer in de file staat, voor de hopeloos werkzoekende medemens die al zijn kansen door zijn neus geboord ziet. Dààr heb ik respect voor, niet voor onleidende projectielen als Meg. Opzouten die handel. Maar, ik blijf het herhalen, misschien moet ik (en bij uitbreiding de voltallige mensheid) stoppen met Het Laatste Nieuws te lezen. Serge Liefste jongeren, Deze moeizaam opgestelde brief komt van iemand die jullie wanhoopskreten heeft gehoord en gelezen. Jullie zijn eenzaam, ongelukkig en bang terwijl daarbuiten een hele volwassen wereld staat te roepen. "Stel jullie niet zo aan, verwende nesten!" schreeuwen ze, en daar worden jullie krankzinnig van. Er is dan ook reden genoeg om krankzinnig te worden. Dat rotvirus wil zich maar niet laten temmen, de "boomers", zoals jullie hen graag noemen, bakken er niets meer van en er is niemand die jullie nog een beetje hoop kan geven in een wereld die aan het uitsterven is. Het klimaat is naar de kloten. De politiek denkt alleen nog maar aan zichzelf. Feesten mag niet meer. Iedereen is "offended". Het leven is één grote pot stront en daar kan jij geen reet aan doen. Dit zijn geen leuke tijden om in op te groeien. Een paar jaar geleden was je nog in het park op zoek naar Pokémons, nu zit je op je kamertje met je laptop en je smartphone, waarop alleen maar een nagemaakte wereld te zien is. Ik ken je niet maar ik wil dat je weet dat ik je eenzaamheid begrijp, dat ik weet waarom je niet gelukkig bent en dat ik je angst kan voelen. Je toekomstdromen zijn verbrijzeld want het enige dat er rooskleuriger uitziet dan het heden, is het verleden. Je gelooft er niet meer in. Je wil niet meer. Je bent het allemaal godverdomme beu en je vindt het allemaal gezeik. Terecht, lieve jongere, volkomen terecht. Het IS allemaal gezeik. Daar op je kamertje voel je je misschien als Anne Frank. Bang. Alleen. Uitgestoten. Ik kende haar ook niet, daarvoor ben ik veel te laat geboren, maar ik kan me evengoed inbeelden dat zij zich net zo voelde als jij. Eenzaamheid is niet meetbaar en de situatie maakt niet uit. Eenzaam is eenzaam. Bang is bang. Teleurgesteld is teleurgesteld. Onmacht is onmacht, maar dat kan veranderen en dat kan alleen maar veranderen als jij het hoofd recht. Als jij opstaat. Als jij terugschreeuwt. Als jij de macht grijpt. Die oude, vastgeroeste knarren gaat het niet doen. Dat is jouw taak, misschien niet de leukste taak op aarde, maar goed. "For the sake of humanity," zullen we dan maar zeggen. Ik weet ook niet waar het is misgelopen. Misschien was het de overvloed na Wereldoorlog II. Misschien was het de crisis in de jaren tachtig. Misschien is het kapitalisme toch niet zo'n goede manier om te leven. De generaties die voor jullie kwamen, hebben vanalles geprobeerd om het leven zo gemakkelijk mogelijk te maken en daar zijn ze slechts zeer plaatselijk in geslaagd. Laten we niet met vingers wijzen, geen schuldigen zoeken maar gewoon dat enorme juk op jullie schouders leggen. Want besef, lieve jongere: dit bloedende karkas van een aardkloot is van jullie. De generaties die voor jullie kwamen, vallen nu als vliegen. Morsdood. Eén voor één. Daar is Moeder Natuur mee bezig. Die is het ook kotsbeu, dat is ondertussen wel duidelijk. Jullie krijgen een aftands wrak van een prachtige limousine cadeau, samen met alle informatie en al het gereedschap om dat wrak weer veilig op de baan te krijgen. Het menselijke schroot rond het autokerkhof zal nog wel een tijdje naar jullie blijven roepen en tieren maar dat is bijzaak. Die zijn alleen maar kwaad omdat ze zelf gefaald hebben. Jullie hoeven niet te falen. Voor het eerst in de geschiedenis van dit twijfelachtig apenras is alle informatie in een oogwenk beschikbaar om niet te hoeven falen. Doe er iets mee. Word legendarisch, zoals de mensen die met sloophamers naar de Berlijnse muur holden of zoals de Germanen die Rome veroverden of zoals Johannes Gutenberg, die de boekdrukkunst uitvond en op die manier informatie permanent kon vastleggen voor toekomstige generaties. We leven in een crisis, wereldwijd, maar als de geschiedenis ons iéts leert, is het wel dat de grootste helden op die momenten opstaan. Dat zijn jullie. Word de standbeelden van de toekomst. Geef jouw naam aan belangrijke steden op eindelijk bewoonbare planeten. Laat je niet betuttelen door uitstervende dinosauriërs maar breek de volgende fase van ons voortbestaan open. Dat wrak is nog prima, het heeft vooral een beetje liefde nodig, en vertrouwen. Dan komt het allemaal wel goed. Jullie zitten vol liefde, anders was die eenzaamheid nu niet zo aan het knagen. Hou vol en onthou: "this too shall pass". Het gaat voorbij en vanaf dan is het aan jullie. Er is hoop. Er is perspectief. Maar die zitten nu op een kamertje met een laptop en een smartphone waarop alleen een nagemaakte wereld te zien is. Ik wens je het allerbeste. Serge Mijn wijsvinger gleed over het gladde scherm van mijn telefoon. Behalve het geluid van de optrekkende bus, was het stil. De bus was vol maar iedereen was moe. Van het blokken, van het werk, van de stress die dit jaar met zich meegebracht heeft. Er hing een affiche aan de bushalte. "All I Want For Christmas, Is 2021," stond er in grote letters op, met daaronder een fles ijskoude Pepsi. "Is het dat?" dacht ik, "is dat alles wat Pepsi wil? Gewoon een ander jaartal?" Ik krijg wel vaker te horen dat ik te ver nadenk over de dingen. Zo vraag ik me bijvoorbeeld af hoe klote de mensen die hun inmiddels aan Covid-19 overleden familieleden een gezond 2020 hebben toegewenst, zich nu moeten voelen. Maar 2021? Willen we dat echt? Kunnen we ons dat permitteren? Is er eigenlijk nog iets noemenswaardig over om er überhaupt een jaartal op te kunnen kleven? Laten we gewoon gezellig van nul beginnen en eens proberen de boel deze keer niet te laten verzieken? Ja, ik denk te ver na maar ik vrees dat ik ook gewoon teveel heb geleerd in 2020. Ik heb geleerd dat we best een grote groep mensen naar Mars sturen, zogezegd om de planeet te koloniseren, maar eigenlijk gewoon omdat het domme kloten zijn die alleen maar schade aanrichten. Ik heb ook geleerd dat het geen enkele zin heeft om kwaad te zijn op die mensen, omdat zij er ook niet aan kunnen doen. Ze zijn zo opgegroeid, opgevoed en opgeleid. Zij leven in een andere wereld, eentje waar de pijn van het dagelijkse leven kan worden opgelost met een Nurofenneke en een fles vodka. Een wereld waar alles maar kan worden uitgebraakt zonder noemenswaardige gevolgen en waar eigenlijk niemand nog geloofwaardig kan overkomen. Maar goed, ik zat op de bus, te wrijven over dat Chinese glas. Op mijn feed kwam het zoveelste eindejaarlijstje voorbij. Die dingen zijn niet meer te tellen tegenwoordig. Iedereen heeft er eentje nu, van muziekalbums, van boeken, van seksspeeltjes, van chocolade... Noem maar op. Dus besloot ik om de stroom eens te volgen en na te denken over een eigen eindejaarslijstje. Bij deze: Hier is mijn top tien van dingen die ik vanaf 2021 liefst niet meer wil zien/horen/meemaken. 10. Corona
Wat ik zelf zo verschrikkelijk vind aan dit virus is dat het op de longen slaat en niet op de hersencapaciteit. Als nu alleen de echt domme mensen, degene die ik in de inleiding al heb aangehaald, getroffen zouden worden, dan zou elk lockdownfeestje een direct en rechtvaardig bloedbad geweest zijn en waren we al lang van al dit gezeik af geweest. Helaas zijn de slachtoffers andere mensen, onschuldige grootouders en familieleden met een zwakke weerstand. En, helaas trekken die feestgangers zich daar geen hol van aan. Ik meen het, Mars zou een goede plaats zijn voor dit soort mensen, of vlieg hen rechtstreeks de zon in, anders komen ze misschien nog terug. Het meer choquerende aan deze situatie echter, is het besef dat we eigenlijk toch een bende verwende rotkinderen zijn, niet? Hadden we nu met z'n allen net dat tikkeltje meer zelfdiscipline gehad, dan waren die tweede en die derde golf niet zo erg geweest. Dan hadden we ons niet in een sociale, psychologische, economische en culturele crisis gestort. Maar dat hebben we dus wel gedaan want we konden niet zo goed ademen door die maskertjes, en we kunnen niet van mekaar afblijven, en onze handjes drogen uit van al die ontsmettingsalcohol. Wèèh. Tussen alle lijnen door, is dat de uitspraak die ik het vaakst heb gehoord en gelezen in 2020: Wèèh. 9. Politici
Ik herinner me een chatgesprek met een vriend van mij. Het was zomer en ik had het nog maar eens gehad met onze Belgische politici. Mijn voorstel was simpel: smijt ze buiten en vervang hen door vakspecialisten. Wetenschappers, medici, ingenieurs, leerkrachten, ... Dat zijn de mensen die ons door deze crisis kunnen helpen, niet die gestropdaste lul uit die gezamenlijk masturberende studentenclub. Dat is dit jaar wel duidelijk geworden, me dunkt. Die vriend van mij vond dat een beetje ideologie toch wel gepast was maar daar ben ik het nog steeds niet mee eens. Ideologie begint voor mij steeds meer te stinken naar religie, wat me bij het volgende punt brengt. 8. Religie
Maar dat is niet de realiteit, vrees ik. In deze wereld, in dit jaar, komen de corona-ontkennende predikers bovendrijven en komen de nu illegale Joodse huwelijksfeesten in beeld. "God staat boven alles," zeggen ze dan. Heren, want het zijn vooral heren, zelfs IS heeft strijders aangeraden thuis te blijven. Zelfs de meest fundamentalistische moslims hebben door dat God niet echt boven corona staat. Dat wil al iets zeggen, niet? Weet je wat ik denk? God had er genoeg van en is in een ander universum opnieuw begonnen. Wij zijn niet veel meer dan een onafgewerkt hobbytreinproject dat op zolder staat weg te rotten. Laten we elkaar de elleboog geven en genieten van onze vrijheid. Nu ik toch bezig ben over overtuigingen en dat soort rommel. Flat-earthers en anti-vaxxers, ga alsjeblieft ergens in een rivier in de Ardennen brullen. Jullie hebben ongelijk en wij zijn jullie geleuter zo beu als koude pap. In vergelijking met jullie zijn zelfs vegans aangename, joviale mensen. De enige reden waarom jullie niet naar enige rede willen luisteren, is omdat jullie uniek willen zijn en willen opvallen in een maatschappij waar steeds meer mensen gezond verstand beginnen kweken. Stop met je eigen onderzoek te doen en kweek eerst een stel werkende hersenen. Begin met kruiswoordraadsels in te vullen in plaats van YouTube-video's te bekijken, en vergeet je gat niet af te vegen. 7. Die verschrikkelijke bas in moderne hip hop varianten
6. (De Meeste) Amerikanen
Karens, Assholes en Kardashians, dat is Amerika. Je zou toch bijna beginnen hopen dat Yellowstone eindelijk uitbarst en de hele hens onder een dikke laag lava legt. Natuurlijk zijn er uitzonderingen maar ik vrees dat we de toffe Amerikanen stilaan als "collateral damage" mogen beginnen beschouwen. Die arme sukkelaars zijn een zware minderheid, als ik de beelden en nieuwsberichten mag geloven. Dus ja, die gaan het niet overleven, zeker niet met de burgeroorlog die eraan zit te komen. Kom, verwijder ze uit je Twitter, ontvriend hen op facebook en stop met dingen in dollar te betalen. Weg met dat continent. 't Is genoeg geweest. 5. Iedereen die op een marketingafdeling werkt
Ik mis de tijd dat marketing nog een creatief randje had, toen je nog eens kon lachen met een goede reclamespot of blij verrast was met een originele slogan. "Ze zij mijnheer tegen mij", weet je nog? Tegenwoordig draait marketing echter bijna volledig rond psychologische beïnvloeding, inspelen op negatieve emoties. "Je hoort er niet bij als je niet bij ons koopt." of "Onze producten zorgen ervoor dat je morgen niet dood valt." Plus, jaren van geweeklaag over de onrealistische schoonheidsidealen die jullie gecreëerd hebben, hebben duidelijk geen reet uitgehaald. Ik zie nog steeds dezelfde panlatten dezelfde stinkflessen aanprijzen. En een arrogant bakkes dat die modellen trekken, wie denken die wel dat ze zijn? 4. Slachtoffertje spelen
Domheid kan ik ook nog begrijpen, maar die vieze, achterbakse slachtofferrol waar jullie zijn ingekropen is een van de laagste punten die jullie konden bereiken. Slachtoffers komen in alle maten en vormen voor, maar beweren dat jullie "ocharme ocharme" een slachtoffer zijn van een Gentse homo met een hobby, staat helemaal onderaan de ladder. Ja, die kerel had dat niet mogen doen maar jullie eigenlijk ook niet, hé, snoeperkes. Als een vrouw naaktfoto's doorstuurt die op internet gelekt worden, wordt ze een hoer genoemd. Dus ja, jullie zijn ordinaire gigolo's. Pech. 3. De moord op de cultuursector
2. Panda's
1. Haat
0. NawoordenZo, dat was leuk, althans leuker dan 2020 zelf. Toch vind ik dit geen jaar om snel te vergeten. Zoals wij hebben moeten leren over de wereldoorlogen, om als volwassenen niet dezelfde fouten te maken, moeten toekomstige generaties dit jaar zien als een belangrijk keerpunt in de menselijke samenleving. Shit, wat een lange zin. Ik wens jullie allemaal een beter 2021 en alvast een fantastisch 2022.
De rest van deze column is reclame voor mijn boek 'Niet Weerhouden'. Koop het hier of bij Standaard Boekhandel. "Kijk," riep zijn bericht, meteen gevolgd door enkele foto's. Ik keek naar het scherm en rolde eens goed met mijn ogen. "Zalig toch," voegde mijn internetvriend er nog aan toe. De drang om de beelden te verwijderen was groot. Wat had ik nu in godsnaam aan naaktfoto's van bekende Vlamingen? Dit was letterlijk de eerste naaktfoto die ik in acht jaar mocht ontvangen. In plaats van een mooie blondine, wat meer mijn meug is, stond ik plots oog in oog met de slang van Samang. "Ik kan mij niet herinneren dat ik hierom gevraagd heb," antwoordde ik maar de afzender hield voet bij stuk. "Komaan. Dat is toch hilarisch. Dat die mannen zich zo laten naaien." Ik vond van niet maar het was moeilijk om mijn maat hiervan te overtuigen. Meer zelfs, hij had er nog. Wat volgde was een behoorlijk indrukwekkende maar redelijk wansmakelijke collectie compromitterende afbeeldingen van diverse mediafiguren. Ik was gedegouteerd, niet zozeer door de foto's zelf maar door het schaamteloze gedrag van mijn internetvriend, Rudi. Ik vroeg hem nogmaals waarom hij die foto's naar mij had doorgestuurd. "Voor de lol," was zijn antwoord, gevolgd door het ietwat verwijtend overkomende "Ik dacht dat jij gevoel voor humor had." Plotseling moest ik mijn gevoel voor humor bewijzen door te lachen met de piemel van Sean Dhont, iemand die ik van haar noch pluim ken. Dat lukte niet. Piemels wekken heel erg zelden een lachreflex bij mij op en die harige rimpelzak eronder al helemaal nooit. Het was vies, respectloos en waarschijnlijk ook strafbaar maar vooral, het was ronduit gortig. "Komaan man, die mensen doen toch alles om in de belangstelling te staan. Dan moeten ze hier ook niet over klagen," riep Rudi nog. Ergens had hij gelijk natuurlijk maar ik ken veel mensen die er alles aan doen om op te vallen, inclusief feestbeest Rudi. Helaas heeft Rudi geen enkel talent. Hij kan evengoed zingen als de gemiddelde broodpudding en dansen als een houten paard. Daarbij zijn zijn grappen slechter dan die van Geert Hoste en dat wil wat zeggen. Het liefst van al wil Rudi ook beroemd worden en om dat te bereiken, doet hij alles wat hij kan om andere beroemde mensen de grond in te boren. Het is zijn tactiek, eentje waarmee hij meer succes zou oogsten in de politieke wereld maar zeker niet in de culturele sector. Ik help graag mensen dus besloot ik Rudi een handje toe te steken. Ik downloadde enkele foto's van zijn bericht, gooide ze allemaal in Photoshop, plakte Rudi zijn hoofd over die van de slachtoffers en begon de nieuwe foto's door te sturen naar zijn vrienden en familie. Hij wilde beroemd worden dus moest hij hierover ook niet gaan klagen. De eerste die reageerde was zijn vriendin. "Waar heb je die foto's vandaan, teef?" Ze was ziedend, vooral omdat mij nepprofiel de naam Mieke droeg. Ook zijn moeder kon er niet mee lachen, net zomin als zijn tante en zijn baas. De enigen die het lollig vonden, waren de andere leden van zijn studentenclub. Dat waren ook de mensen die de foto's lustig deelden met anderen. Rudi werd beroemd. "Zit jij hier voor iets tussen?" Plotseling was Rudi niet meer zo enthousiast over het doorsturen van naaktfoto's. Vreemd. "Waar tussen," vroeg ik, "wat heb je nu weer uitgestoken?" Uiteraard deed ik alsof mijn neus bloedde. Rudi wist goed genoeg wie hiervoor verantwoordelijk was maar ik speelde niet mee. "Gast. Mijn lief is woedend en mijn ex heeft al gevraagd waar ik die penisverlenging heb laten uitvoeren. Dit is niet meer grappig. Echt niet." Ik kwam uit de lucht vallen. "Niet? Gisteren toch wel?" Ik hield lekker vol. Hij ook. "Dat zijn bekende mensen." Ik haalde mijn schouders op. "Jij nu toch ook? Is dat niet wat je altijd gewild hebt?" Kennelijk niet. "Niet op deze manier, gast. Heel mijn reputatie is naar de kloten." Ik lachte want hij begon het me toch wel zeer gemakkelijk te maken. "Dat zal dan toch geen al te grote reputatie geweest zijn." Hij probeerde nog om de foto's te laten verwijderen maar tevergeefs. De schade viel bij Rudi nog mee, denk ik. Ik heb hem sinds die dag niet meer gesproken want hij is geen fan meer van mijn gevoel voor humor, schijnt het. Volgens een facebookbericht van zijn moeder verstopt hij zich op zijn kamer en is doodbeschaamd om wat er gebeurd is. Zijn lief heeft hem een bloedneus geslagen en zijn ex stuurt hem elke dag een van de foto's om wraak te nemen op zijn overspel. Ook zij begrijpt niet dat Rudi zich zo heeft laten naaien op het internet. Het was juni, ergens in de vroege jaren tachtig. Buiten gaven wolken de plantjes water en zongen de merels dat het leven leuk was. Ik zat in de speelkamer, in de ene hand een Playmobil-mannetje, in de andere een setje Lego-wielen. Jeff, heette het mannetje, genoemd naar een personage uit een of andere Amerikaanse televisieserie. Ik zette het mannetje op een stoeltje zodat hij kon kijken hoe ik mijn bouwwerk afrondde. Het was een toerbus met slaapruimte voor vier bandleden, een manager én voor de chauffeur. Vooraan was een compartiment waar de rockband kon eten en "chillen" terwijl helemaal achteraan voldoende plaats was voor gitaren, versterkers en dozen met t-shirts. De bus was net groot genoeg om op een gemiddelde rijstrook te rijden, eentje van Playmobil dan uiteraard. Ik was acht, of zo. De band ging naar Amerika, op tournee, want dat was toch de grote droom van elke jonge muziekliefhebber. Reizen door het land van de rock 'n roll, ontmoetingen met de groten der aarde, filmsets, interviews bij Jay Leno of bij wie dan ook. Enorme evenementen, ongeziene natuurpracht en een menselijke beschaving om u tegen te zeggen. Dat was Amerika. Opnieuw, ik was acht, of zo. Het is juni, ergens vooraan in wat een vriend van mij smalend "the new dark ages" noemt. Buiten schijnt de zon terwijl de wolken lui voorbij zweven. Ik zit buiten, op mijn terras, een frisse pint in de ene hand, mijn tablet in de andere. Het apparaat toont het nieuws en dat is verre van fraai, ook en vooral voor dat ooit zo beloofde land. Het jongetje van acht kijkt ernaar met een stomverbaasde blik in zijn ogen. In mijn hoofd schudt Jeff met zijn hoofd. Ja knikken kan hij niet, daar zijn Playmobil-mannetjes niet voor gemaakt. Neen schudden, daarentegen, lukt hem nog altijd zeer goed. Jeff wil niet meer naar Amerika, zelfs niet met zijn superdeluxe Lego-toerbus. Ik kan hem alleen maar gelijk geven. De vele beelden spreken voor zich. Het is daar angstaanjagend en levensgevaarlijk. Amerika kleurt bloedrood en donkergrijs. De grandeur en de culturele overvloed zijn vervangen door haat, domheid en hebzucht. Plots lijkt het beloofde land op de oude tante die zich een beetje heeft laten gaan na de dood van haar echtgenoot. Te dik, te dronken, te depressief om zich te herpakken. Kreunend onder de kopzorgen en zwaar aan de pillen om die verdomde maagpijn te verzachten. Tantamerika, ik zag je graag maar nu maak je me bang. |
Auteur'Niet Weerhouden', het Nederlandstalige debuut van Serge, is nu verkrijgbaar. Categories
All
Archives
July 2023
|